Steeds meer mensen overleven een hartstilstand, hartinfarct of beroerte. Vijftig jaar geleden overleed nog één op de twee Nederlanders aan een hart- of vaatziekte, nu is dat één op de vier. Mensen overlijden op steeds latere leeftijd aan de gevolgen ervan, maar tegelijkertijd neemt het aantal mensen met een chronische hart- of vaataandoening toe. De verwachting is dat Nederland in 2030 zo’n 1,9 miljoen hart- en vaatpatiënten telt. Dit blijkt uit onderzoek van de Hartstichting.
In 2017 overleden meer dan 38.000 Nederlanders aan de gevolgen van een hart- en vaatziekte, waarvan 20.000 vrouwen en 18.000 mannen. Vrouwen overlijden vaker dan mannen aan een beroerte en hartfalen, terwijl mannen vaker overlijden aan een acuut hartinfarct. Het sterftecijfer is sinds 1980 voor mannen met 70 procent gedaald en voor vrouwen met 61 procent.
Artsen hebben de beschikking over steeds betere medische technieken, zoals katheterbehandelingen voor het openen van afgesloten bloedvaten bij een herseninfarct en steeds betere steunharten voor hartfalen. Er is meer aandacht voor gezond eten, bewegen en stoppen met roken. Daarnaast is er sneller hulp, bijvoorbeeld als iemand op straat wordt getroffen door een hartstilstand. Steeds meer mensen kunnen reanimeren en een AED inzetten’, zegt Hartstichting-directeur Floris Italianer.
Aantal patiënten neemt toe
De keerzijde is dat er veel hart- en vaatpatiënten bijkomen. Waar Nederland nu ongeveer 1,4 miljoen chronische hart- of vaatpatiënten telt, zal dat aantal in 2030 groeien naar 1,9 miljoen. Dit betekent dat er in elf jaar tijd 500.000 mensen met een chronische hart- of vaataandoening bijkomen.
Volgens de Hartstichting kunnen Nederlanders veel zelf doen om hun hart zo lang mogelijk gezond te houden. Belangrijk is dat zij hun eigen risico op een hart- of vaataandoening zo klein mogelijk houden. Als de helft van de Nederlanders een gezondere bloeddruk zou hebben, kan dat in 2030 bijna honderdduizend hart- en vaatpatiënten ‘besparen’.
Door: Nationale Zorggids
