In de TU Eindhoven is een methode ontwikkeld waarmee de opsporing van prostaatkanker voor de patiënt veel minder belastend is dan met de bestaande procedure. De nieuwe methode wordt een doorbraak genoemd, omdat deze jaarlijks tienduizenden mannen een zeer pijnlijk onderzoek kan besparen. Dat meldt RTL Nieuws.
Mannen met klachten aan de prostaat ondergaan nu nog een onderzoek dat als zeer belastend wordt ervaren. Tijdens dit onderzoek worden met een lange naald kleine stukjes weefsel uit de prostaat gehaald. Per onderzoek gebeurt dat twaalf tot zestien keer. Van de 20.000 mannen die jaarlijks de puncties moeten ondergaan, blijkt 70 procent geen kanker te hebben. Voor deze groep is dit pijnlijke onderzoek door de nieuwe methode niet meer nodig.
Met de nieuwe methode worden uiterst kleine luchtbellen in de bloedbaan gebracht, die zichtbaar worden gemaakt met een inwendig echo-apparaat. De belletjes zijn als eerste te zien in bloedvaten van agressieve kankercellen, waardoor een tumor heel nauwkeurig kan worden opgespoord en overbodige operaties kunnen worden voorkomen.
De nieuwe opsporingsmethode wordt nu nog getest, maar zal naar verwachting vanaf 2016 breed beschikbaar komen. Omdat de nieuwe techniek gebruikt maakt van bestaande scanners die de ziekenhuizen al hebben, kan deze vrij gemakkelijk worden ingevoerd.
© Nationale Zorggids
