Immunotherapie pembrolizumab bij borstkanker voorwaardelijk in basispakket

Borstkankerexperts zien de immunotherapie pembrolizumab (Keytruda) als een veelbelovende behandeling bij jonge vrouwen met een bepaalde vorm van borstkanker. Zij hebben mogelijk een hogere overlevingskans als ze voor hun operatie hiermee behandeld worden. Wetenschappelijk bewijs hiervoor ontbreekt nog, maar vanwege het vertrouwen van de borstkankerexperts adviseert Zorginstituut Nederland voorwaardelijke opname van het middel in het basispakket. Hierdoor moet ruimte ontstaan om de behandeling verder te onderzoeken voor deze groep borstkankerpatiënten. Dit meldt Zorginstituut Nederland.

Triple-negatieve borstkanker komt bij ongeveer 15 procent van alle borstkankerpatiënten voor. Het risico op terugkeer van de ziekte is hierbij hoog. Vaak hebben relatief jonge vrouwen deze vorm van borstkanker. De behandeling ervan bestaat momenteel uit chemotherapie, een operatie en actieve controles met als doel genezing.

Geen aantoonbare meerwaarde

Vrouwen kunnen voor hun operatie behandeld worden met de immunotherapie pembrolizumab, waarmee het afweersysteem gestimuleerd worden om kankercellen aan te vallen voordat ze er bij de operatie uitgaan. Volgens het Zorginstituut Nederland is er geen aantoonbare meerwaarde van pembrolizumab bij deze patiënten en heeft de wetenschap tot nu toe niet vastgesteld dat zij een hogere overlevingskans hebben.

Best passende zorg

Borstkankerexperts zien echter wel veel waarde in de behandeling en noemen deze zelfs veelbelovend. Omdat het Zorginstituut wil dat er meer kennis komt over de inzet van immunotherapieën vóór de operatie en meer inzicht bijdraagt aan de best passende zorg, zou het middel voorlopig beschikbaar moeten komen als aanvullende behandeling. Maar alleen vóór de operatie van patiënten met triple-negatieve borstkanker en een hoog risico op terugkeer van de ziekte. Wanneer er meer informatie uit de onderzoeken beschikbaar komt, kan een definitief besluit gemaakt worden over opname in het basispakket.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky