Normal_grafiek_3

De uitslag van een bloedtest kan mogelijk onbetrouwbaar worden door een tekort aan slaap of doordat de test op een verkeerd tijdstip wordt afgenomen. Dat blijkt uit een Brits-Nederlands onderzoek, waaraan twee onderzoekers van het Erasmus MC meewerkten, zo meldt de Volkskrant.

De wetenschappers toonden aan dat sommige stoffen in het bloed gedurende de dag in schommelende concentraties aanwezig zijn. De biologische klok zorgt voor veranderingen in de stofwisseling, waardoor de concentraties van bepaalde stoffen in het bloed op verschillende tijdstippen heel anders kunnen zijn. Deze verschillen in de concentratie van stoffen zijn belangrijk bij de interpretatie van bloedtesten.

Artsen kunnen sommige ziekten opsporen in bloed omdat die een 'vingerafdruk' van stoffen achterlaten. Met de ontdekking dat deze vingerafdruk niet constant is wordt het aannemelijk dat een bloedtest niet altijd dezelfde uitslag geeft. Het team van onderzoekers nam de proef op de som door vrijwilligers eerst 24 uur lang een normaal slaap-waakritme te laten volgen en hen daarna 24 uur lang wakker te houden. De proefpersonen kregen allemaal hetzelfde voedsel. Iedere twee uur namen de onderzoekers bloed af en maten daarin de concentraties van 171 stoffen.

De meeste stoffen blijken een gelijkmatig ritme te volgen, dat zelfs aanhoudt na 24 uur zonder slaap. Van 27 stoffen blijkt de concentratie juist omhoog na een slapeloze nacht. Een van die stoffen is het zogenoemde gelukshormoon serotonine. Volgens neurofysioloog Tom de Boer van het LUMC sluit dat aan bij eerder onderzoek. 'Depressieve mensen kunnen soms opknappen van een nacht niet slapen.'

© Nationale Zorggids