Logo_zorginsituut_nederland

De zorg voor mensen met etalagebenen (claudicatio intermittens) kan nog verder verbeteren. Behandelaren kunnen het principe van stepped care consequenter toepassen. Zo moet er pas een operatieve ingreep plaatsvinden wanneer oefentherapie niet mogelijk, of niet effectief is gebleken. Ook blijkt dat sommige ziekenhuizen veel sneller overgaan tot stent-plaatsing ten opzichte van anderen, terwijl richtlijnen hier terughoudend in zijn. Dit staat in het ‘Verbetersignalement perifeer arterieel vaatlijden’, dat het Zorginstituut onlangs heeft vastgesteld. Dat meldt Zorginstituut Nederland (ZiN).

Het verbetersignalement is een plan voor de verbetering van kwaliteit van zorg bij patiënten met perifeer arterieel vaatlijden (PAV) - in het bijzonder claudicatio intermittens - dat in nauw overleg met alle relevante partijen tot stand is gekomen. Het plan moet leiden tot een verbetering van de kwaliteit van zorg. De partijen hebben toegezegd de benoemde verbeteracties door te voeren en breed te implementeren. Het Zorginstituut zal het implementatieproces monitoren.

Een eerste belangrijke stap in de verbetering van zorg is al gezet: nadat het ZiN eerder dit jaar oordeelde dat gesuperviseerde oefentherapie als effectieve behandeling kan worden beschouwd bij claudicatio intermittens, heeft de minister van Volksgezondheid aangekondigd per 1 januari 2017 de eerste 37 behandelingen gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens te vergoeden vanuit het basispakket. Hiermee wordt een eventuele financiële drempel voor deze oefentherapie weggenomen.

Bij etalagebenen is er sprake van pijn bij het lopen in de kuit, dijbeen of bil die na korte tijd rusten weer verdwijnt. Claudicatio intermittens betekent letterlijk ‘met tussenpozen optredend hinkelen’. De symptomen worden veroorzaakt door atherosclerose (slagaderverkalking). Dit kan leiden tot vernauwing, soms zelfs tot totale afsluiting van de slagader wat leidt tot circulatiestoornissen. In Nederland zijn er ongeveer 85.000 patiënten. De behandeling kan onder meer bestaan uit oefentherapie of - bij onvoldoende effect - een operatieve interventie. 

Door: Redactie Nationale Zorggids