DEN HAAG (Novum) - Fraudeurs in de zorg moeten voortaan sneller worden opgespoord door een versoepeling in het medisch beroepsgeheim. Omdat de huidige wetgeving onvoldoende mogelijkheden biedt bij vermoedens van fraude moet de wet worden aangepast, schrijft minister van Volksgezondheid Edith Schippers (VVD) woensdag in een brief aan de Tweede Kamer.
Schippers liet naar aanleiding van fraude met persoonsgeboden budgetten en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen onderzoek doen naar een versoepeling van het medisch beroepgeheim. Zo zouden artsen bij vermoedens over fraude eerder aan de bel kunnen trekken.
De wetswijziging die Schippers voorstelt gaat verder dan het advies van de onderzoekers. Die concludeerden dat de bestaande wetgeving volstaat vanuit het belang van het medisch beroepsgeheim. Betere richtlijnen en protocollen kunnen volgens hen het gebrek aan kennis en onduidelijkheid over het beroepsgeheim verhelpen.
De minister vindt het echter onacceptabel dat fraude niet zou kunnen worden bestreden vanwege het medisch beroepsgeheim. Iemand die fraudeert, heeft de bescherming van het medisch beroepsgeheim niet nodig, aldus Schippers.
De onderzoekers keken ook naar het medisch beroepsgeheim in gevallen waarin mogelijk gevaar dreigt. Dat gebeurde naar aanleiding van de schietpartij in Alphen aan den Rijn in 2011. Ook in dat geval is een versoepeling van de wetgeving niet nodig, stellen zij. Schippers gaat daarin mee. Wanneer gevaar dreigt, kunnen artsen aan de hand van het protocol zelf beslissen of het beroepsgeheim moet worden doorbroken.
