Normal_slachtoffer_mishandeling_vrouw_denken_ziek

DUBLIN (Novum/AP) - De Ierse regering wil vooralsnog geen excuses aanbieden voor de behandeling die duizenden vrouwen en tienermeisjes in de jaren 1922 tot 1996 ten deel is gevallen in de zogeheten Magdalene Laundries. Deze werkhuizen werden door katholieke nonnen geleid, maar vielen volgens een dinsdag verschenen rapport onder de verantwoordelijkheid van de Ierse staat. De vrouwen en meisjes verrichtten er onbetaalde arbeid, doorgaans tegen hun wil.

Premier Enda Kenny benadrukte dat het rapport van meer dan duizend bladzijden een genuanceerder beeld van het leven in de wasserijen geeft dan is geschetst in films en toneelstukken. Hij verwierp de claim dat de omstandigheden neerkwamen op gevangenschap en slavernij. Zijn enige blijk van spijt betrof het beeld dat de meeste bewoonsters van de werkhuizen 'gevallen vrouwen' waren, een eufemisme voor prostituees.

"Het stigma dat aan alle tienduizend bewoonsters van de Magdalene Laundries is opgedrukt moet worden weggenomen, had al lang geleden moeten worden weggenomen", zei Kenny. "Het spijt mij zeer dat dit nooit gebeurd is."

Volgens oppositieleiders moet de premier namens de staat excuses aanbieden voor het feit dat de instellingen nooit zijn gedwongen arbeidswetten en standaarden op het gebied mensenrechten na te leven. Ook zou hij het initiatief moeten nemen voor de instelling van een compensatiefonds, maar Kenny zei alleen dat alle parlementsleden het rapport moeten lezen en er over twee weken over moeten debatteren.

De opsteller van het rapport, oud-senator Martin McAleese, zei dat de feiten en cijfers over de door vier zusterordes geleide werkhuizen lang gehuld waren in 'geheimhouding, zwijgen en schaamte'. Doordat de zusters en opeenvolgende regeringen nooit cijfers publiceerden 'konden verhalen groeien'. In de inleiding van het rapport schrijft McAleese dat er 'geen bewijs is gevonden dat de perceptie schraagt dat ongehuwde meisjes er baby's kregen of dat veel vrouwen in de Magdalene Laundries sinds 1922 prostituees waren'.

De werkelijkheid is volgens McAleese 'veel complexer'. Volgens het rapport werden vanaf 1922, het jaar van de Ierse onafhankelijkheid, tot 1996, toen de laatste twee wasserijen werden opgedoekt, 10.012 vrouwen naar de huizen gestuurd. De gemiddelde duur van hun verblijf was slechts zeven maanden, niet de levenslange gevangenschap die in boeken of films wordt genoemd. Veertien procent bleef langer dan vijf jaar en acht procent langer dan tien jaar. Honderden vrouwen keerden herhaaldelijk voor korte perioden terug, vermoedelijk gedreven door armoede of gebrek aan huisvesting.

Zevenentwintig procent van de vrouwen werd naar de tehuizen gestuurd door overheidsdienaren: rechters, reclasserings- of leerplichtambtenaren, maatschappelijk werkers, artsen bij psychiatrische inrichtingen of medewerkers van opvangcentra voor ongehuwde moeders en hun baby's. Zestien procent meldde zich uit eigen beweging, elf procent werd door familie gestuurd en negen procent kwam er op aanbeveling van priesters. Lange tijd stuurden rechters vrouwen die zich bijvoorbeeld schuldig hadden gemaakt aan winkeldiefstal of kindermoord niet naar de door mannen gedomineerde gevangenissen, maar naar de wasserijen.

Ook het gangbare beeld van mishandelingen in de instellingen klopt volgens het onderzoek niet. Veel bewoonsters van de Magdalene Laundries kwamen er als tieners van andere katholieke scholen waar zulk geweld wel vaak voorkwam en moeten hun herinneringen door elkaar hebben gehaald. De commissie zegt juist geen bewijs van zulke mishandelingen door de nonnen te hebben gevonden en ook geen klachten over seksueel misbruik door de zusters te hebben gehoord.

McAleese schrijft dat het merendeel van de 118 voormalige bewoonsters die zijn ondervraagd, de atmosfeer in de wasserijen als koud omschrijven, 'met een strak en onwrikbaar regime van lichamelijk veeleisend werk en gebed, met veel verbale berispingen, schelden en zelfs vernederende terechtwijzingen'. Een minderheid daarentegen zag de wasserij als 'hun enige toevlucht in een tijd van grote persoonlijke moeilijkheden'.

Groepen die zich inzetten voor gerechtigheid voor de 'Maggies' reageerden teleurgesteld op het rapport en de reactie van de regering. "Deze mensen werden tegen hun wil opgesloten en kregen geen cent voor hun werk", zei Clare McGettrick van de groep Justice for Magdalenes. De overheid inspecteerde de wasserijen als officiële werkplekken, maar dwong de nonnen bijvoorbeeld nooit te zorgen voor een oudedagsvoorziening, waardoor de vrouwen nu tot de armsten onder de bevolking behoren. "Je kunt gerust stellen dat hun land deze vrouwen opnieuw in de steek laat."