Continuïteitsrisico’s door lage bezettingsgraad in gesloten jeugdzorg

Landelijk wordt hard ingezet op de afbouw van gesloten jeugdzorg, maar zonder gelijkwaardige alternatieven komt de continuïteit van zorg in gevaar. Volgens de Jeugdautoriteit die hier vorig jaar al voor waarschuwde, doen deze problemen zich nu voor. Dit blijkt uit de Monitor JeugdzorgPlus, meldt Jeugdautoriteit. 

In 2030 zouden nog nul jongeren in de gesloten jeugdzorg moeten zitten. Het aantal jongeren in de JeugdzorgPlus neemt inderdaad af, blijkt uit de nieuwste monitor. Waar er afgelopen zomer nog 504 jongeren in de gesloten jeugdzorg zaten, waren dat er in het najaar nog 480. Probleem is echter wel dat jeugdzorginstellingen meer financiële risico’s lopen. De tarieven voor JeugdzorgPlus zijn namelijk gebaseerd op een bezettingspercentage van 90 procent. Elf van de zestien locaties hebben een bezettingsgraad tussen de 90 en 70 procent of zelfs lager dan dat.

“De kans dat aanbieders zorg kunnen blijven bieden die jongeren nodig hebben wordt daarmee kleiner, wat gepaard gaat met directe gevolgen voor de continuïteit van jeugdzorg in regio’s”, waarschuwt directeur Kees van Nieuwamerongen van de Jeugdautoriteit.

Onduidelijkheid over alternatieven en financiering

Jeugdzorginstellingen bieden steeds vaker hybride plekken voor gesloten en open jeugdzorg. Gesloten jeugdzorg is goedkoper dan alternatieve zorgvormen en kwetsbare aanbieders komen hierdoor in grotere financiële problemen. Mede omdat gesloten jeugdzorgaanbieders en gemeenten nog niet met elkaar hebben afgestemd wat de alternatieven zijn en hoe deze betaald worden.

Het is ook niet altijd duidelijk waar kinderen met een gesloten machtiging zorg ontvangen. De Jeugdautoriteit is bang dat kinderen die gesloten jeugdzorg nodig hebben, niet allemaal zorg meer ontvangen. Daarom pleit de organisatie voor gecontroleerde afbouw van JeugdzorgPlus en opbouw van alternatieven. Ook is er meer aandacht nodig voor de gevolgen en vooral voor reële alternatieven. “Aanbieders, gemeenten en het Rijk dragen gezamenlijk verantwoordelijkheid voor passende zorg voor jongeren die eerder konden terugvallen op gesloten jeugdzorg.”

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky