Logo_hersenz

Uit een maatschappelijke businesscase en pilotstudie blijkt dat mensen met een niet-aangeboren hersenletsel beter functioneren en minder zorg nodig hebben door de nieuwe behandelaanpak van Hersenz. Mensen voelen zich na de behandeling niet alleen fysiek, maar ook psychisch sterker. Tevens ervaren mantelzorgers minder zorglast. Hersenz wordt aangeboden bij twaalf Nederlandse zorgorganisaties. Dat meldt Kennisplein Gehandicaptenzorg. 

Mensen met een dergelijk hersenletsel vallen vaak in een gat nadat ze thuiskomen van een ziekenhuisopname en revalidatie. Ze kunnen problemen ervaren in het organiseren van het dagelijks leven en het onderhouden van sociale contacten. Ook komt het voor dat ze hun rol als partner, ouder of werknemer niet meer kunnen invullen zoals voorheen. Zonder juiste zorg kan het voorkomen dat er relatieproblemen of schulden ontstaan. Of verslaving en maatschappelijke overlast. De behandeling van Hersenz richt zich op de problemen die mensen ervaren nadat zij een hersenletsel hebben opgelopen. Hierbij kan het gaan om vermoeidheid, denken en handelen, emoties en gedrag, maar ook beweging, communicatie en relaties. Hersenz zorgt ervoor dat mensen leren omgaan met hun beperkingen.

Dock4& Organisatieadvies maakte in opdracht van Hersenz een maatschappelijke businesscase en Maastricht University deed een pilotstudie over de behandeling. Uit de case blijkt dat er minder of minder intensieve ondersteuning nodig is als er eerst behandeling van Hersenz plaatsvindt. Na het volgen van de behandeling hebben cliënten minder thuiszorg, fysiotherapie of psychotherapie nodig. Daarbij neemt de kans op vallen en botbreuken af en neemt het medicijngebruik af. Ook de resultaten uit de pilotstudie van Maastricht University zijn positief. De 62 deelnemers (cliënten en naasten) gingen er op diverse punten op vooruit. Zo waren cliënten positiever over hun participatie in de samenleving, scoorden ze beter op fysieke tests en hadden ze minder zorgvragen. Mantelzorgers ervoeren minder zorglast en naasten zijn meer tevreden met hun leven. Toch wordt er een kanttekening geplaatst bij de studie: de langetermijneffecten moeten nog nader onderzocht worden.

Jaarlijks lopen in Nederland ongeveer 130.00 mensen een NAH op. Een deel kan rekenen op herstel, maar minimaal 30 procent blijft zitten met beperkingen, zoals problemen met aandacht, geheugen, plannen, organiseren of het uitvoeren van dagelijkse handelingen. Een deel van hen heeft daarom zorg nodig, van korte of langdurige aard.  

©Nationale Zorggids