Normal_infuus__chemo

In een studie van Erasmus MC en IKNL, uitgevoerd door Carolien Maas e.a., is een nieuwe methode toegepast om de levensverwachting te bepalen van mensen die kanker hebben (of hebben gehad) over een heel mensenleven. Op basis van soort kanker, leeftijd, geslacht, jaar van diagnose, en stadium bij eerste diagnose kan worden berekend hoe hoog de levensverwachting is van kankerpatiënten, in vergelijking met een vergelijkbare groep uit de algemene bevolking. Daaruit blijkt dat de levensverwachting van mensen met kanker over het geheel genomen is toegenomen sinds 1989, maar dit verschilt erg per kankersoort. Dit meldt IKNL.

Om trends te ontdekken in de kankerzorg wordt meestal gekeken naar de zogenoemde relatieve overleving. Dit is een maatstaf om het overlevingspercentage van een groep mensen met een ziekte te vergelijken over een bepaalde tijd met het overlevingspercentage van mensen die deel uitmaken van de algemene populatie met dezelfde karakteristieken (zoals leeftijd en geslacht).
 
Dankzij de relatieve overleving is het mogelijk om de kans op overleving van kanker gedurende een bepaalde periode, doorgaans 5 jaar, uit te drukken. Een relatief overlevingspercentage van 80 procent na 5 jaar bijvoorbeeld, betekent dat mensen met een bepaalde kanker gemiddeld 80 procent kans hebben om na hun diagnose 5 jaar of langer in leven te blijven in vergelijking met mensen met dezelfde leeftijd en van hetzelfde geslacht die deel uitmaken van de algemene populatie. Deze maatstaf zegt echter niets over de levensverwachting over een heel mensenleven.

Algehele levensverwachting

Met de door Maas en collega’s gebruikte methode kan op basis van de soort kanker, leeftijd, geslacht, het jaar van diagnose en stadium berekend worden hoe hoog de algehele levensverwachting is in vergelijking met de levensverwachting van een vergelijkbare groep uit de algemene bevolking. De onderzoekers bepaalden zo eerder al de impact van een aantal hematologische tumoren op de levensverwachting. Recent deden zij dit ook voor de zeventien meest voorkomende solide kankers specifiek en samengenomen. Daarvoor gebruikten de onderzoekers data van patiënten die tussen 1989 en 2019 een diagnose kanker kregen, met follow-up tot 2022.
 
De levensverwachting nam toe voor alle zeventien kankersoorten samengenomen, ook in vergelijking met de levensverwachting met de algemene bevolking. Het verschil in levensverwachting tussen mensen die kanker hebben gehad en de algemene bevolking is dus over tijd kleiner geworden. De onderzoekers schrijven deze verbetering toe aan verbetering in de diagnostiek, preventie, en oncologische zorg.
 
"Deze nieuwe manier van het uitdrukken van de impact van kanker geeft een concreet beeld van het verlies in levensverwachting na een diagnose met kanker," zegt Maas. "We zien een optimistisch beeld betreffende de verbeterde levensverwachting van patiënten met kanker. Echter, de prognose voor sommige kankersoorten, voornamelijk in gevorderde stadia, laat zien dat er betrekkelijk weinig voortgang is geboekt voor wat betreft levensverwachting. Daarom blijven innovatie in behandelingen en preventie belangrijk." 

Toename

De levensverwachting nam in het bijzonder toe voor mannen met prostaatkanker (van een verlies in levensverwachting van 6.9 jaar in 1989 naar 2.7 jaar in 2019 voor 65-jarigen) en vrouwen met borstkanker (van 6.6 jaar in 1989 naar 1.9 jaar in 2019 voor 65-jarigen). De levensverwachting van mensen met hoofd-halskanker en kanker van het centrale zenuwstelsel bleef over de jaren vrijwel gelijk, evenals voor mensen met uitgezaaide kanker.
 
Over het algemeen blijkt de levensverwachting toe te nemen met ieder jaar dat iemand na diagnose overleeft. De toegenomen levensverwachting betekent ook dat het aantal personen dat kanker overleeft steeds groter wordt. Carolien Maas: "Voor deze groep blijft monitoring en nazorg van belang."

Nieuwe uitkomstmaat

Levensverwachting als uitkomstmaat geeft dus weer wat de impact van een kankerdiagnose is op een heel mensenleven. Zorgprofessionals kunnen met deze methode de patiënt beter informeren over de impact van kanker op hun leven.
 
Een ander voordeel van het gebruik van levensverwachting ten opzichte van de relatieve overleving is dat het inzicht geeft in de algehele vooruitgang in de effectiviteit van oncologische zorg, aldus de onderzoekers. De trends in levensverwachting zijn hiermee een aanvulling op de trends in relatieve overleving om verbeteringen in de oncologische zorg te monitoren, maar ook om gebieden te identificeren waar kansen voor verbetering liggen, zoals kankersoorten waarbij de prognose slecht blijft.

Door: Nationale Zorggids