Het is niet altijd de gemeente die zorgt dat mensen met een arbeidsbeperking aan het werk komen, het zijn steeds vaker de mensen zelf die aan de bel trekken. Hierdoor stijgt het aantal mensen met een beperking die werkzaam zijn, zowel in de reguliere sector als op een beschutte werkplaats. De assertiviteit van mensen met een lichamelijke of verstandelijke arbeidsbeperking zorgt daarmee dat er eindelijk beweging komt in het aantal beschutte werkplaatsen. Dit meldt Trouw.
Vanaf 2015, met de decentralisatie, moeten gemeenten een indicatie voor de arbeidsbeperkte aanvragen via het UWV. Op dat moment wordt de gemeente verantwoordelijk voor het vinden of creëren van een passende baan. Daarvoor zijn in 2015 doelen gesteld, maar daar liggen de meeste gemeenten ver onder. Toch zijn er steeds meer mensen met een arbeidsbeperking die zelf naar het UWV stappen om zo’n indicatie aan te vragen. In 2017 ging het om 2.760 aanvragen. Dit is meer dan gemeenten zelf aanvroegen.
In meer dan 1.700 gevallen is ook daadwerkelijk een indicatie afgegeven door het UWV. De arbeidsbeperkten zouden volgens gegevens van het UWV binnen drie maanden ook daadwerkelijk aan het werk zijn. Dit kan zijn middels een werkplek bij een regulier bedrijf, maar veelal gaat het om een plek op de sociale werkplaats.
Werkplaatsen gaan niet helemaal dicht
In de Participatiewet is afgesproken dat de sociale werkplaats rond 2050 helemaal gesloten zou worden. Vanaf 2015 is er al geen nieuwe instroom meer mogelijk en dat zorgt er voor dat het aantal werknemers in de werkplaatsen is gedaald van 102.000 mensen in 2015, naar 87.000 op dit moment. Echter lijkt het er op dat het sluiten van deze beschutte werkplekken toch niet doorgaat. Nog altijd vinden veel mensen met een arbeidsbeperking hier werk en volgens staatssecretaris Van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vindt er een transformatie plaats. “Veel sociale werkbedrijven zullen een belangrijke rol blijven spelen bij de uitvoering van de Participatiewet.”
Door: Redactie Nationale Zorggids