Logo_logo_mc_slotervaart

Ongeveer twintig kankerpatiënten die ten tijde van het faillissement van het MC Slotervaart een chemo- of hormoonbehandeling ontvingen, moesten hier tijdelijk mee stoppen. Het failliete ziekenhuis kreeg van de groothandel niet meer de benodigde medicatie geleverd waardoor de patiënten voor de benodigde zorg naar het OLVG moesten. Dit meldt Trouw. 

In totaal stonden zestig mensen op de lijst voor het ontvangen van zware kankermedicatie. Omdat het Slotervaart de patiënten moest overhevelen naar het OLVG, kreeg dit eveneens Amsterdamse ziekenhuis de lijst in handen. Zestig patiënten bleek iets te veel, waardoor twintig tijdelijk niet behandeld konden worden. Na één tot twee weken werd ook hun kuur weer opgestart.

Het OLVG spreekt tegen hierdoor overbelast te zijn geraakt, maar zegt dat de patiënten zich bij de ziekenhuis-apotheek meldden terwijl ze zich eerst hadden moeten inschrijven bij het ziekenhuis en een gesprek moesten hebben met de specialist. “Als patiënten met de poli hadden gebeld, en duidelijk hadden aangegeven dat ze medicijnen nodig hadden, was er ruimte voor hen gemaakt en was dit waarschijnlijk niet gebeurd”, zegt woordvoerder Elles in ‘t Hout van het OLVG.

Miscommunicatie

Waarschijnlijk gaat het hier om een miscommunicatie, want de specialisten van het Slotervaart stuurden hun patiënten bewust naar de apotheek van het OLVG omdat ze dachten dat dat de bedoeling was. Ze gingen er daarnaast van uit dat het OLVG zelf contact zou opnemen met de zestig kankerpatiënten. Het faillissement van het Slotervaart kwam zo onverwachts en plots opzetten, dat de afbouw van de zorg vrij chaotisch ging, zegt internist-oncoloog Marcel Soesan die bij het failliete ziekenhuis werkte.

Hij geeft zorgverzekeraar Zilveren Kruis de schuld, want die wist van de problemen af en had moeten ingrijpen. De verzekeraar stelt echter dat het hier niks vanaf wist. Die legt de verantwoordelijkheid dan ook bij de curatoren, die op hun beurt denken dat het een administratief gevolg van het faillissement was. “Het was inherent aan de situatie waarin we zaten”, aldus woordvoerder Marcel Paapst. 

Door: Redactie Nationale Zorggids