Logo_inspectie_jeugdzorg

Bij een geval van seksueel misbruik in Gelderland in februari van dit jaar was het handelen van de betrokken hulpinstanties matig tot onvoldoende. Dat is het oordeel van de Inspectie Jeugdzorg na een onderzoek bij drie aanbieders van jeugdhulp.

Op 13 februari 2013 ontving de inspectie van Bureau Jeugdzorg (BJZ) Gelderland een melding van het langdurig seksueel misbruik van twee dochters door hun stiefvader. De stiefvader is aangehouden, heeft bekend en zit vast. Een van de dochters maakte sinds eind 2011 gebruik van de naschoolse dagopvang van Pactum vanuit het Onderwijszorgcentrum (OZC) te Harderwijk. Het ging hierbij om vrijwillige hulpverlening. Op grond van het feitenrelaas van BJZ en OZC Pactum besloot de inspectie de calamiteit nader te onderzoeken.

De Inspectie Jeugdzorg beoordeelt zowel het handelen van BJZ als het optreden van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) Gelderland als matig. Ondanks de aanwezige signalen over de onveiligheid van de twee kinderen heeft het BJZ nagelaten om een risicotaxatie uit te voeren. Het AMK heeft na haar derde onderzoek geen rappel uitgevoerd bij de GGZ-instelling die de stiefvader behandelde. Daarmee heeft het AMK de zaak veel te vroeg losgelaten.

Het handelen van OZC Pactum werd door de inspectie beoordeeld als onvoldoende, omdat ook hier geen risicotaxatie is uitgevoerd. De ambulant hulpverlener van het OZC heeft het verloop van de zaak onvoldoende vastgelegd in inhoudelijke rapportages. Bovendien was zowel de inhoudelijke aansturing binnen het OZC als de interne organisatie onvoldoende op orde.

Van de betrokken instellingen wordt verwacht dat zij de inspectie vóór half september 2013 zullen informeren over de voorgenomen verbeteringen en de wijze waarop deze gerealiseerd gaan worden.

© Nationale Zorggids