Normal_bier_proeven1_alcohol_drank

Veel uitgaansgelegenheden zien geen problemen bij het verkopen van alcohol aan jongeren onder de 18 jaar. De boete die zij hier eventueel voor krijgen is volgens hen verwaarloosbaar. Dit blijkt uit onderzoek van het Algemeen Dagblad bij de twaalf grootste gemeenten van Nederland. 

Per 1 januari 2014 is de leeftijdsgrens voor het kopen van alcohol verhoogd van 16 naar 18 jaar. Sindsdien kregen horeca in de grote gemeenten iets meer dan honderd boetes. In diezelfde periode zijn bijna tweehonderd jongeren onder de 18 jaar beboet omdat ze alcohol bij zich hadden. Volgens het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid (STAP) is de pakkans erg klein. Wim Van Dalen, directeur van de organisatie, vindt dat gemeenten meer boetes moeten uitdelen.

Ook staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid vindt dat het beter moet. “We gaan dit jaar weer gesprekken voeren met de verschillende branches over hoe dit beter kan. Wanneer gemeenten nooit boetes uitdelen of andere sancties inzetten tegen verstrekkers, gaat er geen enkele dreiging van uit”, aldus van Rijn. Eerder heeft hij gemeenten al opgeroepen om de handhaving hieromtrent te verscherpen, maar dat lijkt tot nu toe niet van de grond te zijn gekomen. Hierbij gaf hij aan dat als jongeren eenmaal drinken, dat ze dan veel drinken.

Verstrekkers moeten harder worden aangepakt, vindt STAP. “Die dragen verantwoordelijkheid. Als strenger wordt toegezien op de verstrekking van alcohol, bereik je een veel grotere groep jongeren”, aldus Van Dalen. Hij vindt het laf dat de jongeren als boosdoener worden aangewezen. Het wordt de jongeren makkelijk gemaakt om te drinken, volwassenen zijn daar verantwoordelijk voor.

Iedere gemeente hanteert een ander beleid. Zo zijn er in Amsterdam al twee jaar lang geen boetes uitgedeeld. Maar dat betekent niet dat de naleving van de regels in orde is. De gemeente gaat het anonieme toezicht verscherpen. Het is voor Van Dalen onbegrijpelijk dat de gemeente zo om gaat met het alcoholbeleid. Hij begrijpt dat het lastig is om toezicht te houden als je tegelijkertijd de horeca te vriend moeten houden. Volgens hem is er bij de decentralisatie onvoldoende rekening gehouden met de 'ons kent ons'-factor op lokaal niveau. Van Dalen hoopt dat geregionaliseerd toezicht meer orde brengt. Zo wordt voorkomen dat steeds dezelfde inspecteur bij lokale kroegen langskomt. Koninklijke Horeca Nederland (KHN) ziet dat er verschillen zijn, maar vindt dat de kroegbazen niet zo hard aangepakt hoeven worden. Zij willend dat ouders en vrienden ook hun verantwoordelijkheid nemen. KHN wil dat de controle op identiteitsbewijzen beter wordt ingeburgerd, zodat het een gewoonte wordt om het bewijs te laten zijn bij het kopen van alcohol. 

©Nationale Zorggids