Normal_kind_gedetineerde

De regels en definities over de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in open en gesloten instellingen voor jeugd- of psychiatrische hulp (ggz) zijn onduidelijk. Data en goed toezicht ontbreken, zegt Defence for Children die hiernaar onderzoek liet doen. 

In het eerste halfjaar van 2018 groeiden 15.985 minderjarigen op in een jeugdzorginstelling, waarvan 1.925 in de gesloten jeugdhulp. Bij een grote groep jongeren is onbekend hoe vaak en op welke grond een maatregel wordt toegepast. “Gevolg is dat duizenden kinderen maatregelen opgelegd krijgen of er in de instelling mee te maken krijgen terwijl dat niet mag of nodig is”, zegt Maartje Berger van Defence for Children. “Dit is onacceptabel en in strijd met het VN-Kinderrechtenverdrag.”

Pedagogische interventie of straf

Het verblijf in een instelling is al ingrijpend voor kinderen. Eventuele bijkomende vrijheidsbeperkingen moeten zoveel mogelijk worden vermeden. In gesloten instellingen mag de deur op slot en er kunnen maatregelen worden toegepast zoals afzondering, fixatie en kamercontrole. Vrijheidsbeperking komt ook voor in ‘open’ instellingen, terwijl dat wettelijk niet is toegestaan. Hoogstens in crisissituaties kan worden ingegrepen.

Uit het onderzoek blijkt ook dat het onvoldoende duidelijk is wat vrijheidsbeperkende maatregelen zijn. Een heldere omschrijving ontbreekt en er is discussie over wat pedagogisch toelaatbaar is, wanneer het onderdeel van een behandeling is en wanneer het ingezet mag worden als straf. Daar komt bij dat kinderen met open en gesloten machtigingen in dezelfde instelling kunnen verblijven en duidelijk onderscheid tussen de regimes lijkt te ontbreken. Dit is erg zorgelijk aldus de kinderrechtenorganisatie.

Juiste hulp en zorg voor continue ontwikkeling

Volgens het VN-Kinderrechtenverdrag is het de taak van de overheid om kinderen de juiste hulp en zorg te bieden zodat zij zich goed kunnen blijven ontwikkelen. Hierbij geldt dat vrijheidsbeneming alleen kan worden toegepast als uiterste maatregel en voor de kortst mogelijke passende duur. Belangrijk is dat er rekening wordt gehouden met de leeftijd van het kind. Ook geldt dat maatregelen om kinderen in instellingen te beschermen niet mogen leiden tot onredelijke beperkingen van hun vrijheid in vergelijking met kinderen die thuis wonen. Dat gebeurt in de praktijk wel, zo blijkt uit het rapport.

Door: Nationale Zorggids