GGZ Nederland en VGN schrijven dat de partij met de macht, ForZo/JJI, alles beslist: wat wordt ingekocht, op welke plekken en welk prijskaartje daaraan vastplakt. “Vervolgens bepaalt ForZo/JJI ook waar cliënten worden geplaatst. Wanneer je op die manier de voorkant organiseert is het te verwachten dat beleidsdoelen worden behaald. De beleidsdoelen aan de achterkant komen echter in het gedrang”, schrijft VGN in een reactie die op de site van het ministerie van VenJ is geplaatst.

De vereniging vraagt aandacht voor de gelimiteerde ruimte die zorgaanbieders ervaren als het aankomt op onderhandelingen over het contract. Ze hebben geen invloed op het inkoopbeleid van  ForZo/JJI. Al eerder concludeerde ook de NZa dat er weinig tot geen ruimte is voor prijsonderhandelingen, VGN wil dat naar deze bevindingen gekeken wordt. De minimale ruimte leidt tot onvoldoende regionaal aanbod en daarbij ontstaat er een tekort aan passend aanbod voor cliënten die sterk gedragsgestoord, licht gehandicapt zijn. Ook leidt het tot een slechte doorstroom richting begeleid wonen. En het feit dat het tarief gelijk aan of lager dan de kostprijs is, kan leiden tot het wegvallen van zorgaanbod, vreest VGN. De forensische markt functioneert niet als een markt en is dat in zichzelf ook niet en kan het ook niet zijn.

Ook GGZ Nederland maakt zich zorgen over de prijshantering. Volgens de organisatie is de markt nu niet op gebouwd op basis van inhoudelijke gronden en zeker niet in overeenstemming met de sector. De problemen konden tot 2015 nog gecompenseerd worden met het vangnet. “Wij hopen in 2017 echt over te kunnen gaan naar de prestatiebekostiging waarbij de zorg wordt gefinancierd op basis van gemaakte kosten en met behoud van kwaliteit”, aldus woordvoerder Femme van Leeuwen. GGZ Nederland en de NZa hebben overleg gehad over de tariefkortingen van  ForZo/JJI. Wat de vervolgstappen zijn is niet bekend. 

©Nationale Zorggids