zorgpersoneel

GRONINGEN (Novum) - De adviezen die huisartsen en bedrijfsartsen aan gezamenlijke patiënten geven, worden niet goed op elkaar afgestemd. De artsen hebben te verschillende belangen en behandeldoelen, stelt het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Nivel dinsdag.

Nivel bracht voor de ministeries van Volksgezondheid en Sociale Zaken in kaart hoe de samenwerking tussen de twee disciplines momenteel verloopt. Huisartsen houden zich bezig met de gezondheid van de patiënt en kijken minder naar de omgevingsfactoren die de gezondheid beïnvloeden. Bovendien twijfelen ze soms aan de onafhankelijke positie van de bedrijfsarts.

De bedrijfsarts op zijn beurt is er voor de werknemer, maar adviseert ook de werkgever. Hij is dus vooral gericht op de gezondheid van de patiënt in relatie tot arbeid.

Door meer en vaker samen te werken, kunnen artsen uiteindelijk gerichter behandelen, meent het Nivel. Het moet beide groepen duidelijk worden gemaakt dat er winst te behalen valt uit de samenwerking. Die moet dan wel worden vereenvoudigd op bijvoorbeeld ict-vlak.

Niet alleen de artsen, maar ook de werknemers hebben hier baat bij. Een schouderblessure kan bijvoorbeeld sneller genezen als de werkomstandigheden van de patiënt worden aangepast.

Uit een recent advies van de Sociaal Economische Raad blijkt dat er een groeiend tekort is aan bedrijfsartsen. In 2011 startten slechts elf personen de opleiding, terwijl een jaarlijkse instroom van 114 tot 145 artsen nodig is om in 2020 aan de vervangingsvraag te voldoen.